Plastic afval is een wereldwijd probleem. Elke minuut komt er zo’n 15.000 tot 30.000 kilo plastic in zee terecht.
Plastic Free July is een moment om extra stil te staan bij de impact van plastic én te kijken naar wat we kunnen doen om het gebruik ervan terug te dringen. In deze blog zoomen we in op één van de meest zichtbare gevolgen: de plasticsoep. Wat is het precies? Wat kun jij – als individu of als organisatie – doen om de plasticsoep te verminderen? En welke rol speelt gedragsverandering hierin?
De Plasticsoep: definitie
Plasticsoep verwijst naar grote concentraties plastic afval die drijven in de oceanen. Het gaat hierbij zowel om zichtbaar plastic, zoals flesjes, plastic zakken, verpakkingen en visnetten, als om microplastics: piepkleine deeltjes die ontstaan door het afbreken van grotere stukken plastic.
Maar er is meer: alle plastic binnen 50 kilometer van de kust valt ook onder deze noemer. Dit betekent voor Nederland dat dus niet alleen de Noordzeekust, maar bijvoorbeeld ook een groot gedeelte van regio Rijnmond en Amsterdam hieronder vallen. De definitie van de plasticsoep is dus ruimer dan men denkt.
Hoe ontstaat de plasticsoep?
De plasticsoep ontstaat doordat zwerfaval zoals plastic flesjes, voedselverpakkingen en plastic tasjes door invloed van mens, weer en wind in rivieren belandt. Deze rivieren voeren het afval af naar zee, waar het wordt meegenomen door zeestromingen.
Een deel hiervan blijft dicht bij de kust, maar een grote concentratie plastic hoopt zich vooral op in vijf gebieden in de oceanen waar stromingen samenkomen. Deze stromingen draaien daar rond in grote cirkels, waardoor het plastic wordt meegevoerd en bij elkaar blijven drijven. Het punt waar deze stromingen samenkomen, worden ook wel gyres genoemd. Je kunt het zien als een soort draaikolk die het afval vasthoudt.
Waar drijft de plasticsoep?
De grootste plasticsoep bevindt zich in de Noordelijke Stille Oceaan- tussen Hawaï en Californië. Deze drijvende plasticverzameling is naar schatting drie keer zo groot als Frankrijk. Geschat drijven hier 1990 miljard stukjes plastic.
Andere grote plasticsoepen bevinden zich in:
- De Zuidelijke Grote Oceaan (491 miljard stukjes plastic);
- de Noordelijke Atlantische Oceaan (930 miljard stukjes plastic),
- de Zuidelijke Atlantisch Oceaan (297 miljard stukjes plastic),
- en de Indische Oceaan (1.300 miljard stukjes plastic).
Op onderstaande afbeelding zijn de locaties in kaart gebracht.
Is er ook een plasticsoep in de Middellandse Zee?
Hoewel de Middellandse Zee geen oceaangyre is- een gebied waar oceaanstromingen samenkomen- wordt deze vaak aangeduid als de zesde grootste plasticverzamelingszone. In totaal drijven er naar schatting 247 miljard stukjes plastic in deze relatief kleine zee.
Een belangrijke oorzaak is de semi-gesloten ligging van de Middellandse Zee. Doordat er weinig wateruitwisseling is met andere zeeën, blijft plastic dat via rivieren binnenkomt, langdurig ronddrijven. Hierdoor is de plasticconcentratie in sommige delen van de Middellandse Zee vergelijkbaar met die in de grote plasticsoepen.
Wat zijn de gevolgen van de plasticsoep?
De plasticsoep heeft gevolgen voor dieren, ecosystemen én de voedselketen.
- Dieren: Zeevogels, vissen en schilpadden zien plastic aan voor voedsel of raken erin verstrikt. Dit leidt tot verwondingen en verstikking.
- Voedselketen: Microplastics vormen een risico voor de voedselketen. Deze kleine deeltjes worden opgenomen door plankton, dat aan de basis van de voedselketen staat. Vissen eten het plankton, zeevogels eten de vissen, etc. Uit onderzoek blijkt dat microplastics zijn aangetroffen in mosselen, garnalen en zelfs in drinkwater en menselijke ontlasting.
- Ecosystemen: Plastic beschadigt koraalriffen. Deze spelen een belangrijke rol binnen het mariene ecosysteem. Ze vormen het leefgebied van ongeveer een kwart van alle zeediersoorten, beschermen kustgebieden tegen erosie, stormen, en dragen bij aan CO2-opslag- vergelijkbaar met de functie van bomen op land.
Welke wetgevingen zijn er rond plastic en verpakkingen?
Zowel in Nederland, België als wereldwijd zijn er wet- en regelgevingen ingevoerd. Hierbij gaat het voornamelijk om het terugdringen van het plasticgebruik en het voorkomen van plastic zwerfafval. We zetten de belangrijkste op een rij:
SUP-richtlijn (Single Use Plastics)
Deze Europese richtlijn geldt voor wegwerpplastic zoals rietjes, borden, bestek, wattenstaafjes en piepschimbarpakkingen. Het doel is om de impact van wegwerpplastic op het milieu te verminderen. Meer weten? Lees verder.
Statiegeld op plastic flesjes en blikjes
Statiegeld beidt een financiële prikkel om plasticverpakkingen terug te brengen. Het doel? Het voorkomen van zwerfaval. In Nederland kun je sinds 2021 plastic flesjes inleveren- en de blikjes sinds 2023. In Vlaanderen kan plasticafval nog niet worden ingezameld voor statiegeld.
Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV)
De UPV verplicht producenten om verantwoordelijkheid te nemen voor de volledige levenscyclus van hun producten – van productie tot inzameling en recycling. Deze regeling stimuleert duurzamere productieprocessen en helpt om de milieu-impact te verlagen. Meer weten? Lees verder.
Wat kun jij – als individu of als organisatie – doen om de plasticsoep te verminderen?
De plasticsoep lijkt misschien een probleem waar je weinig invloed op hebt. Toch kun je met jouw dagelijkse keuzes wél bijdragen aan het verminderen van zwerfaval. Denk bijvoorbeeld aan:
- Minder plastic verpakkingen gebruiken
- Een eigen tas meenemen voor boodschappen
- Water drinken uit een herbruikbare fles
- Plastic afval verzamelen voor recycling
- Zwerfaval opruimen als je het tegenkomt
Plasticsoep voorkomen? Het begint met gedragsverandering
Veel (plastic) zwerfafval belandt in het milieu doordat het afval niet op de juiste plek wordt weggegooid – vaak omdat mensen niet goed weten waar het thuishoort. Die bewustwording is de eerste stap richting gedragsverandering – en precies wat nodig is om te voorkomen dat afval überhaupt zwerfafval wordt.
Gedragsverandering in de praktijk
Om te onderzoeken hoe gedrag rond afvalscheiding beïnvloed kan worden, gingen we in gesprek met een groep studenten. Zij kregen een zakje gemengd afval en testten drie verschillende opstellingen met inzamelmiddelen.
Terwijl zij keuzes maakte, observeerde wij het gedrag: waar ging het scheiden met gemak? Welke rol speelde het soort afvalbak? Opvallend: Hoewel slechts 20% van de jongeren zichzelf als bewust en doelgericht omschrijft op het gebied van afvalscheiding, deed bijna iedereen een serieuze poging om het afval correct te scheiden. Dat laat zien: het juiste afvalscheidingsgedrag is te stimuleren.
Op de hoogte blijven
Op de hoogte blijven van alle nieuwe ontwikkelingen? Volg ons op LinkedIn, luister de podcast 'Grondstof tot nadenken' of abonneer op de nieuwsbrief. Ben je nieuwsgierig naar wat Milgro voor jouw bedrijfsvoering en afvalproces kan betekenen? Neem dan contact op.